Hierop gaat met mis met 95% van de ingezette trainingen

Het lijkt lang geleden, maar je kunt het je vast nog wel voor de geest halen. Een training waarbij deelnemers op locatie de hele dag spendeerden aan ontwikkeling. Om specifieke vaardigheden te trainen, bijvoorbeeld. Of om de verdieping in te gaan rondom hun vak. De dag was super interessant en bij vertrek nam iedereen zich, met een actielijst voor de komende drie weken onder de arm, voor om ermee aan de slag te gaan. Na drie weken schiet het ineens te binnen: die actielijst! Nooit meer aan gedacht. Waar is ‘ie eigenlijk gebleven?

Hierop gaat het mis

Herkenbaar? Vast wel. Misschien niet het eerste stuk, want fysieke trainingen zijn er op dit moment bijna niet. Maar het tweede deel, het niet-opvolgen van een training, speelt vandaag de dag ook. Het is exact dát, waarop het in 95% van de gevallen mis gaat bij een training. Dat is een flinke uitspraak, maar het is waarheid: bijna altijd gaat het bij een training mis in de follow-up.

Wat is follow-up?

Follow-up betekent met aandacht stilstaan bij wat iemand aan het leren is. Regelmatig triggeren om daarmee aan de slag te gaan. Met andere woorden: prikkelen om wat met die training te blijven doen. Het gaat dus verder dan de terugkom dag(en) van zo’n training. Het gaat om het inbedden na het trainingsaanbod. In de praktijk. Dat betekent dat je een omgeving moet inrichten waarin mensen worden gestimuleerd om in hun dagelijkse werkzaamheden aan de slag te gaan met de informatie uit de training die voor hen relevant is.

Waarom gaat het mis?

Waarom er weinig aandacht voor de follow-up is, zit ‘m in het feit dat er te weinig aandacht is voor hoe mensen leren. Mensen leren als ze moeten leren, om problemen op te lossen en verder te komen. Bij leren gaat het dus om doen en reflecteren op wat is gedaan. Pas na deelname start het leerproces en worden de dingen eigen. Bij de inzet van een training wordt hiermee te weinig rekening gehouden. In veel branches zie je volop aandacht voor wat mensen allemaal moeten kunnen leren. Er wordt geïnvesteerd in technieken en middelen. Het aanbieden van leermateriaal is dan ook zelden het probleem, ook niet nu we de switch aan met maken zijn naar online leren. Maar zodra de trainingsdag is afgerond, is het al snel een kwestie van aanbevelingen en ‘succes ermee’.

Klassikaal leren verdwijnt

De wijze waarop Learning & Development wordt ingericht speelt daarin een belangrijke rol. Onderzoek toont aan: in 75% van de ondervraagde bedrijven vond men dat L&D verbeterd moest worden. Door de opkomst van digitale tools en systemen is het klassikaal leren langzaam aan het verdwijnen (te duur, lastig op te schalen, logistiek ingewikkeld). Bedrijven doen er dan ook goed aan om niet alleen systemen in te richten die voorzien in de behoefte aan (online) leren, maar ook te kijken of de systemen voldoende ruimte bieden voor verbinding met collega’s en de praktijk waarin het geleerde wordt toegepast.

Opmars van microlearnings

Sinds het afgelopen jaar zien we daarin wel een verschuiving. Microlearnings maken een versnelde opmars. Mensen geven hun eigen invulling aan hoe en wanneer ze aan hun ontwikkeling werken. Er zijn verschillende online oplossingen die daarop mooi aansluiten. Dat is in mijn ogen een geweldige ontwikkeling, want niets is zo persoonlijk als leren. Alleen neemt het de noodzaak van een goede follow-up absoluut niet weg. Die blijft enorm belangrijk en in de praktijk blijft het daarop misgaan.

Keiharde noodzaak

Daarom mijn devies: investeer net zoveel in de follow-up als dat je in het aanbod van training doet. Een voorbeeld daarvan is eRock. Sluit aan op de manieren hoe mensen van nature leren. Dat betekent dat je moet zorgen voor gemak en beschikbaarheid; dat geldt net zoveel voor het thuiswerken als (straks weer) op de werkvloer. Goede trainingen zijn een absolute noodzaak op dit moment. Het is onderzocht dat bijna de helft van het werk dat nu door mensen wordt uitgevoerd over enkele jaren vervangen is vanwege technologie en automatisering. Dat maakt het extra belangrijk om als organisatie in te zetten op de ontwikkeling van mensen, met name voor de nieuwe en aanvullende vaardigheden die van hen verwacht gaat worden.

David Brode

RiplRock